Professor mr. P. A. Stein (Universiteit Amsterdam) zei altijd dat het procesrecht en met name de regels van bewijsrecht en bewijslevering de belangrijkste instrumenten zijn voor een advocaat.
Hij had gelijk. Zonder bewijs hangen de meeste rechten als zwevende vogels in de lucht.
U kunt het grootste gelijk van de wereld hebben, maar als u het niet kunt bewijzen, is uw
'aanspraak-in-rechte' gedoemd te falen.
Hij had gelijk. Zonder bewijs hangen de meeste rechten als zwevende vogels in de lucht.
U kunt het grootste gelijk van de wereld hebben, maar als u het niet kunt bewijzen, is uw
'aanspraak-in-rechte' gedoemd te falen.
Van belang is te weten dat - afgezien van uitzonderingenzoals in bepaalde verzoekschrift procedures, arbitrage en kort geding waar het algmene bewijsrecht niet van toepassing is - het de partijen zijn die de door hen aangevoerde argumenten moeten bewijzen.
Anders gezegd; de rechter gaat niet zelf op zoek gaan naar bewijs maar draagt de bewijslast van de aangeleverde feiten op door deze te verdelen tussen de procespartijen.
Bewijs kan bijvoorbeeld worden geleverd door middel van getuigen, documenten, bekentenis en deskundige verklaring. Elke lidstaat heeft haar eigen regels, die verschillen in de toegestane middelen, de te volgen procedure en de verdeling van de bewijslast.
Ook zijn er belangrijke verschillen in de bewijskracht. Dat is de waarde die aan het geleverde bewijs dient te worden toegekend. In hoeverre is het geleverde bewijs volledig bewijs van de aangevoerde argumenten ? En in hoeverre speelt de discretionaire bevoegdheid van de rechtbank een rol ?
Door middel van de Verordening (EG) Nr. 1206/2001 van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de samenwerking tussen de gerechten van de lidstaten op het gebied van bewijsverkrijging in burgerlijke en handelszaken, op 1 januari 2004 in werking getreden, is een procedure in het leven geroepen aan de hand waarvan de bewijsverzoeken tussen rechtbanken in verschillende rechtsstaten snel en efficiënt verlopen. Deze verordening is van toepassing op alle lidstaten behalve Denemarken.
De verordening verplicht de lidstaten tot aanwijzing van Centrale Organen en biedt versoepeling van de bewijslevering door middel van gestandariseerde formulieren. Elke lidstaat dient een lijst beschikbaar stellen van de gerechten die bevoegd zijn voor het verrichten van een handeling tot het verkrijgen van bewijs. Deze informatie is door de Europese Commissie verwerkt in een algmene handleiding, beschikbaar op haar website.
De verzoeksformulieren bevatten nauwgezette criteria met betrekking tot de vorm en inhoud van het verzoek, dat dient te worden opgesteld in een van de officiële talen van de lidstaat van het aangezochte gerecht of in een andere taal die wordt aanvaard.
De verzoeken hebben een spoedeisend karacter en dienen binnen 3 maanden te worden uitgevoerd. Indien de uitvoering niet mogelijk is, - strikt omschreven uitzonderingssituaties - dient de aangezochte rechtbank binnen 60 dagen te informeren, onder opgaaf van redenen.
De partijen of hun vertegenwoordigers hebben het recht om bij de bewijslevering aanwezig te zijn, al dan niet door middel van video conferentie. Een verzoek wordt overeenkomstig het nationale bewijsrecht uitgevoerd.
In België dienen de verzoeken te worden gericht aan de burgerlijke griffie van de rechtbank in eerste aanleg afhankelijk van de plaats waar de handeling tot het verkrijgen van bewijs moet worden verricht.
Ook in Spanje zijn de bevoegde gerechten de zin van de Europese Verordening de rechtbanken eerste aanleg, 'Juzgados de Primera Instancia' in het district, 'partido judicial', van uitvoering al waar de centrale griffie 'Juzgado Decano', uw verzoek in behandeling zal nemen.
In Nederland kunt u terecht bij de griffie van de Arrondissement Rechtbank in het gebied waar uw verzoek dient te worden uitgevoerd. Onder bepaalde omstandigheden zal er worden doorverwezen naar een andere Rechtbank van de plaats van de bewijslevering.
Wanneer er meerdere verzoeken dienen te worden uitgevoerd binnen verschillende gerechts gebieden, dan dient u het verzoek te richten aan het gerecht waar de meeste verzoeken dienen uit te worden gevoerd.
Met andere woorden er is dus geen uniform europees bewijsrecht maar een geuniformeerd stelsel
waarmee op efficiënte wijze bewijs kan worden verkregen tussen de rechtbanken in Europa.
© Mevr. mr. drª Marian Aletta Does - 26.02.10
De informatie in deze is uitsluitend als algemeen informatief bedoeld. Aan de juridische inhoud ervan kunnen geen enkele rechten worden ontleent. Wij adviseren u immer en altijd een deskundige te raadplegen omtrent uw persoonlijke rechtsituatie, daar elke rechtspositie anders is; en uw situatie wellicht de uitzondering op de rechtsregel vormt. (general and overall disclaimer)
No comments:
Post a Comment